Blog

In gesprek

april 7, 2023

Geduldig wacht ik in het lokaal waar we hebben afgesproken. Ik heb mijn notities van het vorige gesprek al klaargelegd en het document dat ze mij heeft toegestuurd ligt er uitgeprint naast. Tijdens ons vorige gesprek hebben we een plan gemaakt voor de invulling van de komende stages en vandaag gaan we daarmee verder. Beide hebben we in de tussentijd wat zaken uitgezocht om dit ook vandaag verder te kunnen bespreken. Zij meer haar doelen en richting uitgedacht en ik wat praktische zaken zoals telefoonnummers van mensen en wat navraag bij collega’s.
Terwijl ik de notities doorlees wordt er op de deur geklopt en ik kijk op.
De deur gaat open en ze komt het lokaal binnen terwijl ze me groet. De energie in de kamer lijkt te veranderen.
Ik klap mijn notitieblok dicht en volg haar terwijl ze gaat zitten. In mijn hoofd lijkt er een schakel om te gaan en ik heb het idee dat dit gesprek anders zal lopen dan ik had voorbereid.

De pauze zorgt ervoor dat ze uit zichzelf verder spreekt.

 

‘Nee niet echt’ antwoordt ze op mijn vraag over of het goed met haar gaat en ze haalt diep adem. 
Ze kijkt me met grote ogen aan die zich langzaam vullen met tranen. De pauze zorgt ervoor dat ze uit zichzelf verder spreekt. Ze vertelt me dat er twee weken geleden wat is gebeurd en dat ze sindsdien last heeft van angsten, slapeloosheid en een constante alertheid. Ik stel haar vragen en ze geeft antwoord.
Ik probeer een zo goed mogelijk beeld te krijgen van de situatie maar bovenal probeer ik haar de ruimte te geven om haar hart te luchten. Nadat het verhaal er grotendeels uit is vraag ik haar of ze dit met anderen heeft kunnen delen de afgelopen twee weken waarop ze haar hoofd schudt.
Ik kijk haar bezorgd aan en zeg haar dat ik blij ben dat ze het met mij heeft durven delen.


Even later vraagt ze mij of ik ook weleens een soortgelijk iets heb meegemaakt.
Ik vertel haar over mijn eigen ervaring toen ik nog studeerde. Hoe ik net zoals zij overvallen werd door gevoelens van angst en een soort zenuwachtigheid waar ik de oorzaak niet van kon plaatsen. Ook vertel ik haar hoe onrustig ik werd van het niet weten wat te moeten doen en dat juist het delen daarover met anderen mij de eerste stappen tot de oplossing heeft gebracht. Ik zie een hele subtiele ontspanning in haar gezicht ontstaan en na mijn verhaal stelt ze verdere vragen en praten we onophoudend door over de situatie. 

Geschrokken kijkt ze me aan, we hebben het nog niet over stage gehad!

Er wordt geklopt en de deur van het klaslokaal gaat open. De volgende student steekt zijn hoofd om de hoek en vraagt hoe ver we zijn aangezien het al bijna 10 min later is dan zijn afspraak gepland stond.
Ik zeg dat we zullen afronden en vraag of hij nog een paar minuten wil wachten. Geschrokken kijkt ze me aan, we hebben het nog niet over stage gehad! Ik stel haar gerust, ‘zo gaan die dingen.’ ‘Dit is veel belangrijker!’ 
We plannen een nieuwe afspraak in en spreken af dat ze mij contacteert als er tussentijds iets is. 
Ook spreken we af dat we de zoektocht naar een stageplek op een later moment voortzetten. 
Op de vraag of dat wel kan antwoord ik dat stage wel wacht en school ook. ‘Het belangrijkste is dat jij nu vooral heel lief bent voor jezelf’ eindig ik. 

Wanneer ze het lokaal verlaat en zich nog even verontschuldigd tegenover haar klasgenoot geef ik haar nog een bemoedigende glimlach en daarna verwelkom ik haar klasgenoot.
Later die dag krijg ik een berichtje dat ze me wil bedanken voor mijn luisterende oor.
Hoewel ik het een van de meest vanzelfsprekende dingen vind, vind ik het fijn om haar bericht te lezen.
Ik denk terug aan het gesprek. Wat moet zij zich alleen hebben gevoeld de afgelopen twee weken.

‘Soms lopen de dingen nou eenmaal anders, en dat is oke’.

Een paar dagen later zie ik haar in de les en na de les neem ik haar even apart.
Ik vraag haar hoe het gaat en ze vertelt dat er geen verbetering is.
Ik herinner haar aan de optie om naar de huisarts te gaan waar we het al eerder over hadden gehad tijdens ons gesprek. Ze zegt dat ze er wederom over na zal denken. ‘Vind je het goed als ik je er over een paar dagen naar vraag?’
Ze knikt. ‘Goed dan spreken we dat af.’ 

Ze geeft aan toch ook verder te willen met de zoektocht naar een stageplek omdat het ook stress geeft daar niet actief mee bezig te zijn. Ik stem toe. We maken een nieuwe afspraak, over een tijdje.
Dan gaan we verder waar we waren gebleven en vullen we de afspraak in zoals we de vorige hadden voorbereidt. ‘Tot die tijd mag je het laten rusten’ zeg ik. ‘Soms lopen de dingen nou eenmaal anders, en dat is oké’.

Deel deze blog

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *